refr.: Kietel me niet, daar kan ik niet tegen Kietel me niet, dan word ik verlegen Want jij kunt alles met me doen, ja, alles mag Maar als ik word gekietelt, dan krijg ik de slappe lach Kietel me niet, daar kan ik niet tegen Kietel me niet, kietel me niet
Ik was laatst op een trouwpartij, een week of wat geleden Het was zo'n feest waarop ze steeds de gekste dingen deden D'r werd gedanst, de boel stond op z'n kop D'r werd gehost, de lol die kon niet op De vader van de bruid ging op de populaire toer En riep: "De polonaise, allemaal op de vloer" We stonden in de rij, ik voelde handen in m'n zij En riep nog net tegen de dame achter mij:
refr.
We zouden van de zomer op vakantie gaan naar Palma Ik weet nog goed dat ik op Schiphol in die grote hal sta D'r werd gezegd: "U wordt gevisiteerd" En bij de deur werd ieder gefouilleerd Een heel charmante juffrouw riep: "Ja, komt u maar meneer" En toen ze op me afkwam, had ik 't al niet meer 'k Zei: "Juffrouw, luister goed, ik kan begrijpen dat 't moet Maar asjeblieft, 't is de manier waarop je 't doet"
refr.
"Hou nou toch 's een keer op met dat stomme gelach"