's Avonds in de straten gaan de lichten aan en even later gaan de mensen uit. Snel ergens naartoe, snel ergens vandaan, 't Geluk ligt altijd ergens voor ze uit. Vergeefs een uitvlucht zoeken en niet weten waar, even iets gaan drinken op de hoek. Vergeefs een beetje lachen, zitten voelen aan elkaar. Als blinden naar een soortgenoot op zoek.
Kom, zwerf met mij door de nacht kom, dans met mij door de nacht als een mot om een vlam. Ik ben zo alleen en verdwaald in de nacht, een meisje dat huilt met een masker dat lacht.
's Avonds laat de stad in hollen met een bloedend hart en weten dat je daar toch niets mee wint. Maar thuis dan ben je eenzaam, wanhopig en verward, je vlucht naar buiten als de nacht begint. Vergeefs een tijdje prutsen aan een flipperautomaat, meer geld kwijtraken dan je wilt. je probeert de bal te volgen, maar je bent steeds te laat en even later sta je zelf op tilt.
Kom, zwerf met mij door de nacht kom, dans met mij door de nacht als een mot om een vlam. Ik ben zo alleen en verdwaald in de nacht, een meisje dat huilt met een masker dat lacht.
Jezelf beloven niet meer met die jongen mee te gaan want wat jij denkt en voelt, dat laat hem koud. En 's morgens ga je dan toch weer met spijt van hem vandaan, je hoopt dat ie dan zijn mond maar houdt. Vergeefs en moe sta je buiten, je moet naar bed, je kijkt naar boven op het plein. De toren vangt het eerste licht, je gaat weer naar je flat, misschien zal het morgen beter zijn.
Kom, zwerf met mij door de nacht kom, dans met mij door de nacht als een mot om een vlam. Ik ben zo alleen en verdwaald in de nacht, een meisje dat huilt met een masker dat lacht.