Ik sta hier bekend als de jonge charmante, yes sir. De niet zo geliefde bij oom en bij tante, no sir. Want ik zou misschien wel die keurige neven een andere kijk op de wereld gaan geven. Ik kan ze verleiden met lagen en listen tot iets wat hun hockey-vriendinnetjes misten. Yes sir, yes sir. En wat ik heb lichamelijk, dan ben ik ook voornamelijk, yes sir.
Ik kan me in betere kringen bewegen, yes sir. Ik heb al dat moois niet voor niets meegekregen, no sir. Bij al dat geroddel, die vreemde verhaaltjes, nachtclublegenden en beddeschandaaltjes kijken ze niet voor niets in mijn richting. Een slechte naam schept ook verplichting. Yes sir, yes sir. En wat ik heb lichamelijk, dan ben ik ook voornamelijk, yes sir.
En moet ik dit aardse toneel eens verlaten, yes sir, laat niemand dan minachtend over mij praten, no sir. Want ik heb geleefd en met velen gedaan waar de mensheid niet zonder zou kunnen. Wat iedereen doet en wat nooit raakt vergeten. Alleen mag in godsnaam geen mens er van weten. No sir, yes sir. Wat ik heb lichamelijk, dan ben ik ook voornamelijk, yes sir, yes sir.