Ik kreeg je brief, 't brak me 't hart Toen ik had gelezen Wat 'k gevoel in diepe smart Maar 't moest zo wezen Toch had je me zo menigmaal Je trouw bezworen Hoe klinkt me nog je zoete taal Steeds in de oren
'k Heb altijd aan je eed geloofd Ik dacht me veilig 'k Ben van d'illusie nu beroofd Geen eed is heilig 'k Zou de laatste tijd voorzien Wat er moest komen Toch dacht 'k: 't is niet zo... misschien En ik bleef dromen
Als van geluk ons zwelt het hart Wie denkt aan lijden! Als men zich geeft, kent men geen smart Denkt niet aan scheiden Zo is 't altijd, men moet soms duur 't Geluk bekopen Dat alles voel ik in dit uur 'k Mag niet meer hopen!
Je weet heel goed: ik hecht geen waard' Aan grote woorden 'k Ben niet zo tragisch ook van aard Me te vermoorden Maar wat er van me worden zal God mag 't weten Toch zal ik niet, in geen geval Je ooit vergeten
En nu vaarwel, 't is zonder haar Dat ik zit te treuren Wij vrouwen weten, vroeg of laat: 't Moet gebeuren Denk nu en dan aan d'arme meid Die je eens bekoorde... En die zo graag 'n eeuwigheid Je toebehoorde