Ik wist dat ik mijn mond moest houden Als ik werkelijk iets te zeggen had Ik wist dat ik mezelf niet zo vertrouwde En overschreeuwde dat Ik wist: Ik moet mijn ogen sluiten Als ik werkelijk iets wou zien Ik wist: Ik keek te veel naar buiten Natuurlijk zat het binnenin
Ik dacht: De hongersnood in Afrika Als die maar eenmaal is gestild Ik dacht: De kernwapens de wereld uit Ik dacht te politiek, veel te gewild Ik dacht: We moeten eerlijk delen Ieder het zijne, dus de helft Ik dacht: Als iedereen volmaakt is Begin ik aan mezelf
Ik dacht: Ik haal het uit de boeken Ik dacht: Ik vecht me vrij Ik dacht dat ik het ver moest zoeken Natuurlijk ligt het heel dicht bij Ik dacht: Ik moet mijn vuisten ballen Iemand zei: "Open je hand" Ik was bang om door de mand te vallen Iemand zei: "Er is geen mand"
Kom nu niet met argumenten Dat ik van de wereld ben vervreemd Werkelijkheid is de ellende Die door autoriteiten wordt geclaimd Zeg me niet: "Je bent gaan zweven" Ik geef me over, ongeremd Idealen, waarvoor leiders leven Vragen veel offers, slechts een stem
Praat nu niet meer van conventies De maatschappij van man en vrouw Ik aanvaard de consequenties En zeg verwonderd: "Ik vertrouw" Tart me niet meer met je wetten Niemand heeft mij in zijn macht Niets kan mij mijn vlucht beletten Zelfs niet de zwaartekracht