De gastarbeiders zongen haast de hele weg En met de warmte van exotischer klimaten En in de pauzes voor het brood zonder beleg Zaten ze opgewonden buitenlands te praten Maar eenmaal aangekomen waar ze moesten zijn Leek iets onwennigs hun het zwijgen op te leggen Vanaf 't moment van het verlaten van de trein Hadden ze geen van allemaal meer iets te zeggen
Het regende en het was koud de eerste dag Een kilte die hun dunne jasje niet kon weren En daarom hielp men ze maar daad'lijk aan de slag Want bij die gastarbeid werk je je toch de klere Een kamer wist men ook nog wel voor hen te huur Van drie bij vier, misschien niet groot voor acht personen Met veertig piek per week per man was ook niet duur Voor dat bedrag kon je niet in een villa wonen
In het begin, wanneer het werken was gedaan Liepen ze 's avonds door de stad met open monden En kregen en passant van alles te verstaan Waarvan ze godzijdank geen lettergreep verstonden En met de week raakten ze verder weg van huis Het nieuwe leven kreeg zijn nieuwe instituten Als 1 keer in de maand een lange brief van thuis En elke zaterdag een hoer voor vijf minuten
Hoe zinvol en hoe nuttig is de gastarbeid Voor 't heil en welzijn van een christelijke natie! Gemeten aan de arbeidsproduktiviteit Blijkt armoe altijd nog de beste motivatie Nog tweeenhallef jaar, dan eindigt hun contract Dan zijn ze eind'lijk weer met vrouw en kind'ren samen En kunnen ze weer vreten uit de vuilnisbak Maar dan van: "Here, zegen deze spijze, Amen"