Wij schreven brieven, lief en teer Onstuimig heet, maar argeloos In woorden rood als wilde roos Herhalen durf ik die niet meer 'k Liep met die brieven naar het vuur Deinsde t'rug, en herlas ze weer En elke nacht danst sinds die keer Jouw beelt'nis op mijn kamermuur
refr. Wij schreven brieven, pril en fijn En poste restante was 't adres Want poste restante is 't adres Voor minnaars die nog dakloos zijn
Jij onderwierp mij met het woord Je handschrift bracht me vreugde en vrees En nog als ik jouw brieven lees Vlamt als een toorts de oude koorts Ik streed nog dikwijls sinds die tijd Werd bemind en beminde fel Dat liefdesspel vergat ik snel Maar nooit vergeet ik onze strijd
refr.
Toen kwam mijn brief aan jou terug Jij was niet aan 't loket geweest Niet langer leefde ik in jouw geest Want ach, een man vergeet zo vlug En ik bleef schrijven als een dwaas Brief na brief. Zinloos. Nutteloos 'k Heb nog die brieven in een doos Ze kwamen alle terug, helaas