In zeker dorp op de Veluwe Daar woonde een beeldschone maagd Die werd, om haar schoonheid Door velen jonklieden ten huw'lijk gevraagd Haar vader, een arme dagloner Verdiende een schamel stuk brood Toch waren ze beiden tevreden Al waren de zorgen ook groot
refr.: Blijf altijd braaf en goed Bij alles wat je doet Want het geluk, dat rijkdom biedt Dat is toch ook je ware niet Blijf altijd braaf en goed Bij alles wat je doet Want het geluk, dat rijkdom biedt Dat is je ware niet
Op zeker dag kwam er een baron Een edelman, voornaam en rijk Die vroeg aan het meisje haar vader Zijn oogappel ten huwelijk Zo werden zij een verloofd paartje Maar plotseling liep alles mis De dagloner stroopte een haas, en Hij moest in de gevangenis
refr.
Zij kon toen die schand' wel verdragen Maar haar gelant verdween helaas Toen stond zij alleen op de wereld En dat enkel maar om zo'n haas Maar gelukkig was er nog een melkboer Een vrijer met roodachtig haar Die trad toen met haar in het huw'lijk En zo kwam het toch voor elkaar
refr.
Blijf altijd braaf en goed Bij alles wat je doet Want het geluk, dat rijkdom biedt Dat is je ware niet