Toen ik zoveel jaar geleden hiero op de wereld kwam En ik sloeg m'n ogen open, dacht ik: Hee, da's Rotterdam Ook al stond m'n eerste wiegie in 't Bergweg-ziekenhuis Al direct, van 't begin af, voelde ik me lekker thuis In m'n mooie blauwe hempie, als een kleine jonge vorst Zong ik toen van meet af aan al aan de volle moederborst:
refr.: Ik heb geen woorden, nee, ik heb geen woorden Voor dat mooie onvolprezen Ouwe Noorden Waar Malando in z'n uppie 'Ole guapa' heeft bedacht Waar Faas Wilkes, Wimpie Jansen, Coen Moelijn zijn grootgebracht Geen plekkie dat mij ooit nog meer bekoorde Van de wieg tot 't graf Nergens ben je beter af Dan in dat stukkie Rotjeknor, 't Ouwe Noorden
Met me vriendje lekker schoppen op 't landje aan 't kanaal En wanneer 'r dat een juut kwam, met z'n allen aan de haal Of de bakker effe helpen, als 'ie niet de hol opkwam Nou, dan ving je soms een stuiver, en daar kocht je zoethout van 's Woensdagsavonds fijn flaneren, in wat werd genoemd 'De Kit' En maar fluiten naar de meiden, joh, dat gaf je toen een fit
refr.
O, er is zoveel veranderd, ach, die tijd gaat ook zo vlug Van die mooie jongensjaren vind ik echt niet veel terug Ome Cor, die heet nu Achmed, Ome Jan werd Mohammed En je zoekt je nou 't schompes naar zo'n fijn patatje-met Maar als ik zo'n stief kwartiertje door 't Zwaanshals heb gedwaald Weet ik: Nee, er is geen plekkie dat 't bij de Maasstad haalt