Ge hed het soems te pakken Ja die vlinders in den buik ge houd zo van mekander Da is toch het gebruik. Voenken vliegen over Ge zit er konstant me in uwe kop Kunt precies nimeer functioneren En uw warek dadis een flop. En als ge ze dan wer zie Staade te bibberen oep uw poten Ge begint gedichtjes veur te dragen En nog meer van die stoeme stoten. De ene noemt het liefde De andere love, da klinkt toch stoer In het duits zeggen ze liebe En in het frans zeggen ze amour Al die woorden in die talen klinkt allemol heel chik Tis warkelijk heel schoon Mor ik noem het magic
Het joenk getrouwde koppel Plant zich eigenlijk vurt Ze blijven mor proberen Doen hun eigen niks tekort En dan komt het verlossend woord Der komt nen bleiter aan. Begint mor al te organiseren Waar gaat het wiegske staan En dan is er ook de vraag Zal het ne joengen of een maske zijn Willek het oep voorhand weten doet die bevalling heel veel pijn. Alles is veranderd, niks is meer hetzelfde gebleven Het word na echt seriues gedaan me het nachtleven En als de weeen dan beginnen Ist ne sprint nor de kliniek Nieuw leven word geboren Awel da noemekik magic.
Ag ge ons landje is bekekt, dadis toch een potteke soep al die werklozen, ’t word alsmor ne grotere groep. Bedrijven die sluiten, of verhuizen keer op keer Gedaan me otos maken En vliegtuigen zen er ook al nimeer En wandelde over straat, overdag of in de nacht Worde misschien beroofd, vermoord ofwel verkracht. We moeien ons overal mee, ook al hee ons land gene rotte duit Ist ergens oorlog of miserie vaart onze gevreesde vloot al uit. En toch zegt onze regering, hed mor geene schrik Alles go zo als het hoort, awel da noem ik ook magic