Hij was lief en hij was aardig Hij was groot en hij was sterk Totdat ik eens informeerde: "Piet, wat doe je toch voor werk?" Tja, hij zweeg, hij zweeg, ik vroeg 'm Dus 't hemd maar van zijn lijf En wat bleek: hij had een baan Bij een begrafenisbedrijf
Dood, dood, leven van de dood Waarom ook niet?
"Het is werk, het moet gebeuren" Zeidie, "trek het je niet aan Je wilt toch zeker ook niet Boven aarde blijven staan?" Dus hij haalde me geregeld Met die zwarte wagen af En dan woudie op het kerkhof Rustig vrijen... op 'n graf
Dood, dood, leven met de dood Ik kon 't niet
Soms stak 'ie een sigaret op Maar ik weet niet wat 't was Ik dacht aldoor aan crematies Als 'ie morste met de as En dan ziedie, heel onschuldig: "Wees toch wat levendiger, meid Wees toch niet zo'n dooie diender" Maar ik wist: ik wou 'm kwijt!
Dood, dood, ik was 'als de dood' Ik zei: "Dag Piet"
Hij is lief en hij is aardig Dacht ik later, dus ik moet... Ja, ik moet er maar aan wennen En ik maakte 't weer goed 's Morgens bracht ik hem een briefje En ik deed een rondedans Toen hij 's avonds bij me belde Met zo'n mooie grote krans
Dood, dood, leven van de dood Dood, dood, leven met de dood Ach... waarom niet?