De haan van ora et labora was een doodgewone haan De haan van ora et labora placht om vijf uur op te staan De haan van ora et labora ging dan krabben in de mest De haan van ora et labora vond het leven opperbest En dan speurde hij naar pieren Want dat eten dat soort dieren En zo kraaide hij vol vuur Tot negen uur, tot negen uur Maar daarna, tot zijn verdriet Ging zijn gekraai zo vurig niet Het slipte uit zijn hart Hij kon zich niet verzetten Hij kraaide vol van smart 'k Heb zin in omeletten
De haan van ora et labora was een zeer fatsoenlijk beest De haan van ora et labora was bovendien een beest van geest De haan van ora et labora ging op zijn eerlijk leven prat De haan van ora et labora heeft helaas een ei gejat Van zijn meest geliefde kloek Tja, zijn remmen waren zoek Eenmaal op het vuur gezet Werd het ei een omelet Hij at het op, het smaakte goed Zijn eigen ei, zijn vlees en bloed Hij heeft dat brutenleven Een dag of tien gerekt Toen pikte hij d'r zeven En werd het feit ontdekt
De haan van ora et labora was een vuile huichelaar De haan van ora et labora was een kindermoordenaar De haan van ora et labora werd geleid voor het gerecht De haan van ora et labora werd de waarheid flink gezegd
De uitspraak van het kippenforum was Deze haan is zo'n stuk schorum Dat hij als schrikbeeld nu voortaan Als haantje op de kerk moet staan Zo is geschied, de haan werd ziek Daar op die kerk: rimmetiek Wat is nu de moraal Als die u iets mag hind'ren De les van dit verhaal Bak nooit uw eigen kind'ren