Je schaamteloze lach, die achteloze blik, Je kinderlijk gedrag, toch blijf jij ontkennen. Je loopt op krakend ijs, toch blijf je impulsief En blijf je eigenwijs met je leugens rennen.
Je hooft ontkent, je tong die zwijgt Maar je lichaamstaal zet het op een rij. Je masker valt, ik zie je gezicht De waarheid aan het licht.
Je staat schaakmat en zoals je ziet Een vluchtweg is er niet. Schaakmat het is voorbij 't Was te veel, 't was te vaak, goed gespeeld, Maar je staat schaakmat.
Je lijkt niet eens verrast en ondanks dat je valt Grijp je de rand wanhopig vast, maar je staat op drijfzand. Nee 't geeft niet wat je zegt, 't overtuigt niet als je schreeuwt. Het wordt klakkeloos weerlegd, door je eigen lijf, want,
Een leugen is soms nog zo snel De waarheid achterhaalt haar wel. Dus geef het toe, zie het in Pareren heeft geen zin.
Refrein
Ik heb de opbouw van je spel doorzien, En elke aanval van een tegenzet voorzien. Jij was m'n droom, je was m'n koningin, Je toren, je paard, zijn zonder je koning niets waard.